Kung Pao zoete aardappelen

 
Minder plastic gebruiken dat was mijn voornemen in het nieuwe jaar. De overheid hielp en laat betalen voor plastic zakken. Nu nog nee zeggen tegen de prachtige geplastificeerde tasjes waar kleding in gedaan worden en die thuis linea recta bij  het afval gaat.  Je eigen tas meenemen is een vooruitgang maar ik wilde meer. Eerst me zoals wel vaker een tikje dwangmatig geïnformeerd over alle mogelijkheden. Ik las sites zoals nowastenetwork   en het amerikaanse zero waste home . De laatste zegt in een jaar tijd een hoeveelheid afval te produceren dat in een glazen pot kan. Iets wat ik per dag al ruim haal. Op trash is for tossers  zag ik filmpjes waarin de dame cremepjes en zelfs deodorant maakt.  Ik  was even gecharmeerd van het idee waarschijnlijk door hun nog strengere geweten. In mijn huis is het licht uitdoen  al een uitdaging.  No waste is een dagtaak en de dames hebben er ook een businessmodel van gemaakt.

Om de moed er in te houden heb ik een lijstje gemaakt :  'Minder afval doe ik al' en dat maakte me best blij. Op zaterdag haal ik groentes op de markt met mijn speciale take5-groentezakjes waarvan ik twee kocht in  een heel verantwoorde winkel in Antwerpen.. Dat scheelt al die driedubbel verpakte boodschappen. Het bezoek aan een reguliere supermarkt geeft zoveel plastic bakjes dat je direct even naar de plastic heroesbak mag.  De groenteman kijkt er niet meer van op en vult mijn zakjes.  Mijn broer die avant la lettre al zijn lege broodzakken opnieuw liet vullen bij de bakker, volg ik nog niet,  uit valse schaamte ben ik bang. Plastic reduceren is misschien een minuscule druppel op de gloeiende plaat vergeleken met de mammoettankers die hun stookolie in de oceaan laten lozen maar het geeft me een goed gevoel.  Ook met groentes kopen wil ik weleens doorslaan en dan bij thuiskomst zien dat de reclameman de koelkast ook al gevuld heeft met van alles. Deze week alleen maar aan 't denken hoe ik alles op krijg. Vandaag lag er nog een Chinese kool waar ik  snelle kimchi van maakte. De wortels en de paprika ga ik verwerken in een tjap tjoy en van de zoete aardappels maak ik een vegetarische versie van het szechuangerecht Kung Pao met pinda's.  En omdat er dames zijn die niet staan te e springen bij rijst, een rabarbercake als toetje. Missie geslaagd.


Kung Pao zoet aardappelen

Ingrediënten

* een pond zoete aardappelen
* 2 eetl. plantaardige olie
* 4 gedroogde rode pepers
* 5 bosuitjes in ringetjes (groen en wit apart houden)
* 2 teentjes knoflook
* 1 theelepel gehakte gember
* 1/4 cup droog geroosterde pinda's

Saus:
* 1 eetlepel Chinese zwarte azijn
* 1 eetlepel sojasaus
* 2 theelepels hoisin saus
* 2 theelepels chili olie
* 1 theelepel sesamolie
* 1 eetlepel suiker
* 1 theelepel Szechuan peper uit de vijzel

Schil de zoete aardappelen en snijd in hapklare stukken.  Roer de ingrediënten voor de saus in een kommetje door elkaar, roer tot de suiker opgelost is en zet apart.  .Warm de wok op, doe een eetlepel olie in de pan en roerbak de rode pepers ongeveer 30 seconden tot ze donkerder kleuren. Voeg de zoete aardappel toe en roerbak 5-6 minuten tot de buitenkant goudbruin is. Blijf roeren. Maak ruimte in het midden van de pan en voeg de tweede eetlepel olie toe. Voeg hier het wit van de bosui, de knoflook en de gember aan toe en roerbak 30 seconden. Giet de saus erbij en roer alles door zodat alles bedekt is met saus. Je kunt een beetje extra water toevoegen. Laat een paar minuten sudderen totdat de zoete aardappelen net gaar zijn. Voeg de pinda's toe en sudder nog een minuutje. Serveer met de groene bosui bovenop. 

Hoppers met lunu miris of srilankese sambal

. 

Hoppers eten in Sri Lanka een gedeelde herinnering met familie  Harkema, nog sterker vanwege hun enthousiaste verhalen bleven we zoeken naar de perfecte hopper en die vonden we bij  de meneer hier boven . Hij gaf direct zijn succesrecept omdat hij wel wist dat hoppers bakken niet zo gemakkelijk is. We probeerden deze keer de mixen meegenomen uit Sri Lanka. Na een stuk of tien slappe lukte het sommigen om een licht knapperig bakje te krijgen zoals een hopper hoort te zijn. In Sri Lanka haal je ze ook gewoon bij het mannetje bovenaan.  Eten doe je ze met lunu miris en niet met curry erin omdat ze dan direct zo zacht worden. Het is eigenlijk een soort sambal en staat vaak in enorme schalen klaar in de hoppertentjes. Lekker pittig en heel gemakkelijk zelf te maken. Karien, hiervoor gebruik ik die chilivlokken die ik je gegeven heb al kunnen ze overal doorheen waar je de pit van chilivlokken wilt. 

Ingrediënten
* eetlepels chilivlokken
* 2 verse rode pepers
* flinke snuf zout
* een rode ui
(gedroogde vis/ vissaus of halve ansjovis)
* sap van een halve limoen of iets meer naar smaak

Doe alle ingrediënten in grote stukken in een foodprocessor of fijngesneden in een vijzel en maak het zo fijn als je wilt.

vietnamese rolletjes met noedels , groente en dipsaus

Nog even oefenen op strakke rolletjes. Ik had de beste krachten ingehuurd omdat ik het zelf niet beter kan  met dat plakkerige rijspapier en te veel vulling.  Blijkbaar is het blaadje sla dat vaak meegerold wordt, niet alleen voor de frisse beet maar ook om het rollen te vergemakkelijken. Bij de onze schijnt de vulling er nog een beetje doorheen, ook leuk. Voor de goede opletter: dunne noodles, shitake, rode peper en bosui. De recepten voor de dipsaus haalde ik snel van internet en gaf een eigen draai. De pindadip werd het meest gewaardeerd en die rolletjes mogen ook blijvend op het menu. 

Het rijstpapier koop je voor weinig in de toko, kun je heel veel rolletjes van maken. Voor de vulling worden glasnoodles gebruikt, weet nooit helemaal zeker wat ze daarmee bedoelen. Doorzichtige noedels? Ik koop deze mihoen bij de Dekamarkt. Hoeft alleen geweekt te worden in heet water. 

vietnamese rijstpapierrolletjes (voor 15 stuks)

* 15 blaadjes gedroogd rijstpapier (toko)

* twee nestjes mihoen

* 100 gram shi take of champignon in plakjes

* handje taugé

(* 15 slablaadjes)

* 2 tenen knoflook in plakjes

* 5 cm gemberwortel fijngesneden

* 2 rode chilipeper in lange dunne repen

* gehakte steeltjes van koriander

* 1/2 theelepel grofgemalen zwarte peperkorrels

* 4 limoenblaadjes (djoeroek poeroet) in dunne reepjes

* 4 lenteuitjes in dunne reepjes

* aantal takjes munt gehakt

* 2 eetlepels limoensap

* 2 eetlepels lichte sojasaus

Kook water en week de mihoen volgens de verpakking. Giet daarna af en laat afkoelen. Verhit beetje olie in een wok en doe de knoflook, gember, chilipeper, korandersteeltjes en zwarte peperkorrels erin en schep om. Voeg de champignon en de limoenblaadjes toe en bak tot champignon bruin is. Doe bij de afgegoten noedels en laat verder afkoelen. Roer dan de gesneden lenteuitjes, muntblaadjes, taugé, limoensap en sojasaus erdoor. 

Kook nog wat water en week het rijstvel erin tot het zacht is, haal het uit de kom en dep droog met keukenpapier. Leg een vijftiende van de vulling in het midden, vouw de zijkanten over de vulling en rol het vel op. Leg op een mooie schaal en serveer met dipsaus. 

Hoisin/pindadipsaus

* 1 eetlepel hoisinsaus

* 1 eetlepel pindakaas (bij voorkeur met stukjes)

* beetje rijstazijn 

* beetje bruine suiker

Meng dit met wat melk voorzichtig door elkaar en bestrooi met gehakte pinda's (die bij voorkeur eerst geroosterd worden voor nog meer smaak) 

Pittige sojadip

Meng een 2 eetlepels sojasaus met een beetje sambal of andere chilipasta, beetje suiker en limoensap door elkaar. 

snelle kimchi

Ben je al van de kimchi?  Al langer erg populair in de Verenigde Staten waar een grote populatie Koreanen woont. In 2013 zag ik het woord kimchi al vaker langskomen in Nederland dus dat wordt een hit in 2014. Het is een soort zuurkool maar dan koreaans en pittig en niet met witte kool maar met chinese kool. Ik vind het lekker al zit in de kant en klare die je koopt bij de chinese toko vaak vissaus en dat is heel umami (= duur woord voor hartig), maar staat mij snel een beetje tegen. Vegetariërs schijnen dit te vervangen door kelp, maar in deze snelle kimchi wordt daar niet moeilijk over gedaan. Ze laten het gewoon weg. Als je de kimchi op de dag zelf eet is het meer een soort salade vergelijkbaar met schijfjes komkommer in het zuur. Laat je het langer staan, dan wordt de smaak steeds sterker en een beetje gefermenteerd. Als je dat lekker vindt, dan ben je toe aan de echte koreaanse kimchi. Het maken daarvan is een familieaangelegenheid met kilo's kool, veel zout en fermenteren van de potten in het zonnetje. Moet je nog wel even op zoek naar Gochugaru, Koreaanse chilipeper.

Ik heb een keer een halfslachtige poging gedaan met turkse biber omdat dit ook een soort chilivlokken zijn. Het resultaat was heel erg zout, al dat niets te maken met mijn gesmokkel. Ik hou het nog even bij dit recept. Mocht ik vlot vorderingen maken in het koreaans koken, dan komt er een vervolg.

snelle kimchi
ingrediënten:

* 1 chinese kool
* 2 eetlepels zeezout

* 2 bosui

* 1 theelepel geraspte gember

* 2 of 3 teentjes knoflook

* 2 tot 4 eetlepels sambal oelek

*  100 ml rijstazijn

* 2 theelepels suiker

Snijd de chinese kool in dunne repen en doe in een kom. (iets dunner dan ik deed op de foto want dan slinkt de kool sneller voor het betere kimchi-resultaat).  Meng het zout door de kool en giet zoveel water op de kool tot deze onderstaat. Laat ongeveer twee uur staan als je die tijd hebt en anders korter. Snijd de bosui in ringetjes. Maak de knoflook fijn met vijzel of knijper.
Giet de kool af en knijp met je handen een deel van het water eruit. Vermeng de kool met de overige ingrediënten (neem zoveel sambal als je kan hebben, mijn meiden vinden twee eetlepels niet te sterk) en laat minimaal een kwartier intrekken. De volgende dag is de smaak nog iets uitgesprokener.
Serveer bijvoorbeeld bij rijst met tahoe en champignons in zwartebonensaus. 

Tahoe met champignons en zwartebonensaus

" Elke dag mee of nasi goreng is ook wel weer een beetje saai", zei Hannah die zich al weken voorafgaand aan de vakantie naar Maleisië aan het verheugen was op Chinees eten. Nasi goreng met alleen een beetje groente en ei en heel lekker. En natuurlijk de dunne, dikke en gele noedels Singapore stijl of Hokkien stijl met veel ketjap. Alles in de wok voor een beetje rokerig smaakje. Die wok moest mee naar Nederland. En zonder wil ik niet meer. Het is een hele eenvoudige van plaatstaal, ook gewoon in Nederlandse Toko's te koop. Nu nog op zoek naar andere Chinese recepten dan bami of nasi, nu weer zonder die goreng want witte rijst bedoelen we niet. Moderne Chinese kookboeken kom niet niet tegen, dus op zoek op het internet. De Chinese en Thaise keuken weet wat te doen met tahoe en deze is dus ook erg lekker.

Tahoe met champignons en zwartebonensaus
*   6 gedroogde Chinese champignons (toko)
*  1 blok tahoe (500 gram)
* 3 eetl olie
*  1 of 2 gedroogde rode pepers
* 3 teentjes knoflook
* 6 plakjes verse gember
*  1 steranijz
*  6 bosuitjes of 2 sjallotten

voor de saus:
* 3 eetlepels lichte soya saus
* 2 eetl. chinese rijstwijn
* 1 theel. sesamolie
* 1 eetl. bruine suiker
*  1 eetl. zwarte bonensaus
* 1/2 theel. versgemalen zwarte peper
*  1 theel. maizena opgelost in 125 ml water of bouillon.

1. Week de champignons 20 minuten in warm water. Verwijder de steeltjes en snijd de hoedjes door midden. 
2. Snijd de sjalotten in halve ringen of de bosuitjes in ringetjes. 
3. Snijd de tahoe in hapklare blokjes en laat in een vergiet uitlekken. 
4. Vermeng de sausingrediënten in een kom.
5. Verwarm de olie in de wok tot die heet is maar nog niet rookt. Voeg de rode peper toe en daarna de tahoeblokjes. Draai voorzichtig om en bak de tahoe tot deze licht kleurt, maar niet bruin wordt.
6. voeg de helft van de ui toe, de knoflook en gember en bak even 2 minuutjes.
7. Voeg de uitgelekte champignons en  steranijs en bak ook even mee. 
8. Roer de saus door het mengsel en laat op een laag pitje 5-6 minuten sudderen. 
9. Voeg water toe als het te droog wordt. 
10. Roer de overgebleven bosuitjes door het gerecht en serveer met rijst en groene groentes. 

bron : http://newasiancuisine.com

Hopperparty met dal

Hoppers bakken. beetje saaie foto voor zoveel gezelligheid. De volgende keren komen er foto's van het beslag en de bakjes van rijstebloem die uit de pannetjes komen. Misschien wel een filmpje hoe Finn en ik het beslag professioneel ronddraaien, het gas op het juiste moment lager zetten en de vastplakkende bakjes lossteken. Nu dan maar het recept voor de Sri Lankese dal die ik erbij gemaakt had. Dal van rode linzen, met natuurlijk kokosmelk want dat gaat er in sri Lanka altijd in. Die palmbomen aan de witte bountystranden staan er niet alleen voor de toeristen. Het enige lastige van deze dal zijn de currybladeren, gedroogd is niets dus koop ze bijvoorbeeld hier. Stuur even een reactie als je een andere winkel weet.

* 1 cup rode linzen
* 4 cups water
* een eetlepel tamarindepasta
* paar eetlepels olijfolie of ghee
* 1 eetlepel fijngesneden knoflook
* 1 fijngesnipperde rode ui
* 8 curry bladeren (als ze uit de vriezer komen, even laten ontdooien tussen keukenpapier)
* 1 of 2 rode pepers in stukken (echte sri lankezen nemen er drie)
* 1 eetlepel gemalen koriander
* 1 cup kokosmelk (uit blik even doorgeroerd)
* 1 theelepel zout
* 1/2 theelepel cayennepeper
* 1/4 theelepel geelwortelpoeder

Breng de linzen met water en tamarinde in een pan aan de kook. Zet laag en laat linzen 20-25 minuten gaarkoken. Voeg de kokosmelk, zout, cayennepeper en geelwortelpoeder toe en laat nog 5 minuten sudderen.
Verhit de olie of ghee in een koekepan op matig vuur. Fruit de ui tot de randjes bruin kleuren. Voeg de knoflook toe en roer een paar keer door. Voeg nu de currybladeren, rode pepers en gemalen koriander toe en laat nog een minuutje staan. Voeg dan de inhoud van deze pan toe aan de linzen. Laat de linzen nog 5 minuten sudderen.

De linzen zijn goed van te voren te maken. Bij het opwarmen moet je goed blijven roeren omdat het anders snel aanbrandt.

Serveer met rijst, curry of hoppers natuurlijk.

Hoppers met curry

Missie geslaagd. Hoppers waren knapperige bakjes waar curry in kan. In alle gerechten zat kokosnoot, dus zo waar eten uit Sri Lanka. Ook een chefkok van morgen gespot. Finn is een kooktalent van 7 jaar oud. Zonder zich maar één keer te branden vette hij met een doekje het hete pannetje in, geroutineerd draaide hij de apachatty om het beslag goed te verdelen alsof hij nooit anders doet. Met zijn blote handen haalde hij de hoppers uit het pannetjes. Knap hoor of kunnen kinderen veel meer dan ik soms denk. Finn's moeder had beslag gemaakt volgens het tweede recept. Lekker waren ze. Omdat er tarwebloem in zat, hoefde het beslag maar een uur te rijzen. De volgende keer ga ik hetzelfde recept gebruiken maar dan met meer rijstebloem zodat de hoppers waarschijnlijk knapperiger worden. Het beslag moet dan wel langer rijzen cq fermenteren omdat rijstemeel weinig gluten bevatten.
Bij de hoppers serveerde ik kokossambol, groene tomaten chutney (zie recept op deze blog) en een groentecurry uit Sri Lanka met natuurlijk kokosmelk en currybladeren. Curry hoort niet tot de snelle recepten. Je moet toch veel handelingen doen, maar het wordt wel erg lekker. Hij is nauwelijk pittig, dus geschikt voor kinderen. Currybladeren geven een specifieke smaak en zijn niet te vervangen door iets anders, maar zonder is de curry ook lekker.

Sri Lankese groentecurry nodig:3 geschilde aardappelen in blokjes * 1 eetl. komijnzaadjes * 1 theelepel venkelzaadjes * 1 eetl. korianderzaadjes * 1 rode ui * 3 tenen knoflook * 3 cm gemberwortel fijngehakt * 300gr broccoli in roosjes * kaneelstokje * 1/2 theel geelwortelpoeder * 1 theel. chilipoeder * 250 gram spinazie * 300 ml kokosmelk * 10 currybladeren

Kook de aardappelen 5 min voor. Giet af. Rooster ondertussen de komijn-,venkel en korianderzaadjes droog in een kleine koekenpan. Het is bedoeling dat ze geurig worden, pas op dat ze niet verbranden. Stamp de specerijen in een vijzel. Snijd de ui in halve ringen. Snijd de knoflook fijn en rasp of hak de gember. Verhit de olie in een grote, zware pan en fruit de uienringen. Doe de knoflook en gember erbij en blijf roeren. Voeg dan de aardappelen en broccoli erbij, roer een paar keer en voeg de gemalen zaadjes, de kurkuma, de chilipoeder en de curryblaadjes toe. Schep de groente door de specerijen. Overgiet de groenten krap met water en laag ze zachtjes niet te gaar koken. Voeg de kokosmelk toe. Voeg het grootste deel van de spinazie toe. Schep voorzichtig door en laat nog 5 minuten staan. Vlak voor het serveren kun je nog een handje verse spinazie toevoegen voor de kleur.

bron: specerijenmengsel gebaseerd op World Food Cafe

hoppers voor Finn

Finn was op vakantie in Sri Lanka. Vanzelfsprekend nam hij een kooksouvenir mee (ook voor mij). Het werd een pannetje om hoppers te bakken, want die waren vreselijk lekker als ontbijt. Volgens zijn verhalen zijn het een soort knapperige bakjes waar je ook een ei in kunt doen. Thuis moest het pannetje gebruikt worden. Echter toen ik langs kwam, vroeg Finn direct of ik een keer met hem hoppers wilde bakken want zijn ouders konden het niet. In plaats van een knapperig bakje bleef het een soort klont deeg op de bodem van het pannetje. Heel prettig om als een soort kookexpert bezien te worden. Om mijn naam eer aan te doen, ben ik als een dolle het internet afgegaan. Nog nooit een hopper geproefd, maar ik weet al dat hopper het engelse woord is voor appam en het pannetje wordt apachatty genoemd. Over het maken van hoppers gaan verschillende verhalen. Op één blog wordt gezegd dat het niet zo moeilijk is, maar bij de receptuur wordt je verteld dat je geweekte rauwe rijst moet malen en dat klinkt net zo eenvoudig als fietsen voor een buitenlander. Vaker kwam ik tegen dat het maken van hoppers niet zo gemakkelijk is en die ervaring hebben de ouders van Finn ook. De apachatty of wokje moet goed ingebrand zijn bijvoorbeeld, dus dit kan de oorzaak en zijn waarom het bij Finn mislukte. Ook schijnt het goed bakken van hoppers een vaardigheid te zijn die je pas leert met jarenlange ervaring, reden waarom op internet de hoppers van moeder als de enige echte worden beschreven, maar dat zeggen italianen ook over pasta di mama en toch kun je zelf thuis een lekkere pasta maken. Laten we het maar proberen Finn. Mocht het niet lukken met de apachatty dan kan het ook in een anti-aanbak pan. Helaas worden het dan geen bakjes, maar misschien wel lekker.

Eerst komen de tips voor het bakken van hoppers. Daarna komen twee recepten. Finn, kunnen we afspreken dat jij het beslag regelt. Dan zorg ik voor een curry erbij. Vergeet vooral je appachatty niet.


tips voor het bakken van hoppers; 1. Het beslag moet niet te waterig zijn.
2. Het beslag buiten de koelkast bewaren.
3. Verwarm de appachatty even voor op middelhoog vuur.
4. Haal de pan van het vuur en vet het wokje met een doekje met olie in.
5. Giet 1/4 cup beslag in het wokje
6. beweeg het wokje zodat het beslag zich verdeeld in de pan.
7. Zet de pan terug op het vuur en doe de deksel op de pan
8. kook op laag vuur tot de randjes goudbruin zijn, het midden is gaar maar licht van kleur.


Hoppers voor 5 personen: nodig: 2 theel. instant gist * 4 cups rijstebloem * 1 cup handwarm water * 1 cup lauw bier * 1 blik kokosmelk * 2 eetl. suiker * 2 eetl olie * zout

Doe de rijstebloem met de gist in een grote kom. Voeg 1 cup handwarm water + 1 cup lauw bier toe. Meng goed. Bedek de kam met een vochtige doek en zet de kom op een warme plaats. Na 8 uur zou het beslag verdubbeld moeten zijn.

Voeg nu 3/4 van het blik kokosmelk en 2 eetl. suiker toe en roer. Als het beslag te dik is, kun je het nog een beetje verdunnen. Voeg een beetje zout toe.

Neem een stukje doek en stop in de olie. Verhit het pannetje op matig vuur. Als het pannetje heet is, dan invetten met het doekje. Giet 1/4 cup beslag in het pannetje zodat het beslag aan de zijkanten van het pannetje komt.

Zet een deksel op de pan en het vuur een beetje lager. Bak een minuut tot de randjes goudbruin zijn en het midden gaar. Maak de zijkanten los met een mes en serveer de hopper.

Als blijkt dat de hoppers niet uit de pan te halen zijn, kun je een ei toevoegen aan het beslag.

Als het beslag niet aan de zijkanten blijft plakken, dan is de pan te heet.
bron: blog van Malini


Het tweede recept is minder authentiek maar misschien is de slagingskans groter.

Tweede recept voor hoppers:
voor 4 personen
nodig: 175 g bloem * 50g rijstebloem * 2 theel. instant gist * 1 theel. zout * 2,5 dl kokosmelk * zonnebloemolie om te bakken

Zeef beide soorten bloem in een schaal en roer gist en zout erdoor. Giet al roerend de kokosmelk erbij en zoveel warm water tot het een dik beslag is met de consistentie van een cakebeslag. Zet de schaal afgedekt met plastic folie minstens een uur op een warme plaats.

Neem een koekenpan met antiaanbaklaag met deksel. Vet dun in met olie en plaats op een laag/halfhoog vuur. Schep een sleef beslag in de pan en laat het snel over de bodem verdlen. Het moet ongeveer 3/4 mm dik worden. Zet deksel op de pan en bak de hopper tot de onderkant goudbruin en knapperig is en de bovenkant niet meer vochtig is.

bron: De beste vegetarische gerechten van de wereld van Celia Brooks Brown

gado gado

De keuken is klaar! Ik ben er erg gelukkig mee. Dol op de kleur en blij met de vakken waar ik me de echte vegetariër toon met potten vol peulvruchten. Ondanks de weken afzien van basisbehoeftes zoals een koelkast, stromend water en een gootsteen, is het verbazingwekkend hoe snel het weer heel gewoon is om uit de troep te zijn en weer in luxe te leven. Blijkbaar is dat de standaard. Buurvrouwen bedankt voor het lenen van keuken en koelkast. Tja en dan staat die keuken daar en heb ik toch nog de behoefte om snelle happen te maken. Vandaar dat gado-gado tot vreugde van de meiden regelmatig terugkeert. Ik vroeg me af wat gado-gado betekende en niet verrassend betekent het allegaartje of warboel in het bahasa of maleis. En dat is het ook. Je blancheert of stoomt restjes groenten, kookt een ei, bakt wat tahoe en maakt pindasaus (uit een zakje is nog sneller). Dit kan ook de avond van te voren want de groentes mogen afkoelen. Het is eigenlijk een soort salade met rijst en warme pindasaus. De rijst kan al eerder kort aan de kook gebracht en dan in bed in het dekbed gerold verder garen.

nodig voor 4 personen: restjes groentes bijv: witte kool dun geschaafd, bloemkool of broccoli in roosjes, handje sperziebonen * handje taugé * stukje komkommer * 1 tomaat * 2 gekookte eieren * tahoe * olie * pindasaus

Breng een pan water aan de kook. Doe één van de groentes in het water en laat paar minuten staan, schep ze er uit met schuimspaan en blancheer zo ook de andere groenes.
Kook ondertussen de eieren. Snijd de tahoe in blokjes, verhit de olie in een pan en bak de tahoe op hoog vuur rondom bruin, bestrooi met een beetje zout. Snijd de komkommer in halve plakjes en de tomaat in schijfjes. Leg op elke bord een allegaartje aan groentes, een half ei, blokjes tahoe en giet er warme pindasaus overheen. Serveer met de witte rijst.

recept pindasaus: 4 eetl. pindakaas * kopje water * scheut ketjap manis * 1/2 theel. sambal * theel. bruine suiker * theel. tamarindepasta * beetje gemberpoeder of gembersap * ( klein stukje santen)

Doe de ingrediënten in een steelpan en breng roerend aan de kook. De pindasaus wordt dan dikker en kan naar wens verdund worden met extra water. Proef en voeg zonodig extra kruiderij toe.

Wintergroenten

Vandaag verdween de romantische sneeuw met regen. Ik had het koud en heb erwtensoep gemaakt met blokjes selderijknol. ui en winterwortel. Op de foto zie je ook nog savooiekool, die de Dekamarkt groene kool noemt, maar dat klopt niet. Verder nog bietjes en pastinaak, die vreemde witte wortel. Een heel scala wintergroenten. Dat zijn niet de groenten die Jamie Oliver gewoonlijk in zijn meestal Italiaans getinte recepten stopt. Veel kookboeken lijken vooral gericht op de zomer met zijn overvloed aan groenten. Als je de trend van locaal geproduceerde groente wil volgen, ben je in Nederland op de wintergroenten aangewezen. Meestal lekkerder en goedkoper dan uit Egypte overgevlogen sperzieboontjes die vaak slap zijn. Paprika's en sla zijn dan wel locaal in een kas geprodoceerd, maar belasten het mileu vanwege het hoge gasverbruik om de kassen te verwarmen. Wintergroenten zijn best lekker maar worden snel een beetje saai en dan duurt de winter nog lang. Het weglaten van worst of spekjes helpt daar niet bij. Daarom probeer ik deze week meer gerechten met wintergroenten op te schrijven. En dan vooral die met pit!

Vandaag een thaise curry. De meeste Thaise curries worden gemaakt met aubergine, paprika en dergelijke. In deze zitten juist veel wintergroenten en de zoetheid daarvan geeft een tegenwicht aan de pittige curry.

nodig voor 5 personen: blik kokosmelk * twee eetl rode currypasta * rode ui * een bakje quorn chickenstyle"ongeveer 700 gram wintergroenten in blokjes: pastinaak * zoete aardappel * stuk pompoen * wortel * scheutje sojasaus (thais of japans) * eetl. donkerbruine basterdsuiker * handje cashewnoten

Roer de kokosmelk goed door. Warm een kwart op in een pan met dikke bodem. Voeg als deze er romig uitziet, één of twee eetlepels rode currypasta toe. Laat dit onder voortdurende roeren ongeveer 3 minten koken, zodat beide goed vermengd zijn. Voeg rode ui en quorn toe. Voeg de rest van de kokosmelk toe. Roer goed door. Voeg een kopje bouillon toe en daarna de wintergroenten. Voeg den suiker en sojasaus toe en breng aan de kook. Kijk na 10 minuten of deze gaar zijn anders nog een paar minuutjes. Roer het handje cashewnoten door de curry en warm nog even door. Serveren met rijst.

Als bijgerecht had ik nog een salade van geraspte winterwortel vermengt met tauge en een dressing waarbij ik een halve gesnipperde ui met een stukje rode peper in een beetje olie heb gefruit. Lepel rijstazijn en tl bruine suiker erdoor een een scheutje sojasaus. Alles mengen.