Flammküchen in de sneeuw

Na een dag skiën hebben de dames zin in iets lekkers en dat is voor de één geen worst, voor de ander geen zuurkool en de derde heeft genoeg van wittekoolsalade. Marillenkrapfen worden ook niet gewaardeerd hoe Oostenrijks ze ook zijn laat staan mijn andere pogingen tot Oostenrijkse specialiteiten zoals germknodel of Kiachl. Dichterbij huis en veel hipper dan pizza zijn de Flammküchen met als voordeel dat je geen tomatensaus hoeft te maken en dat het deeg zonder gist mag. En dat scheelt anderhalf rijstijd die we niet hebben want half 10 het bed in om  in de ochtendstond van de versgeprepareerde piste te genieten. 

Vegetarische Flammküchen

 voor 5:

* 500 gram bloem

* snuf zout

* 2 eetlepels olijfolie

* 225 ml warm water

* crème fraiche 

* gebakken uiringen

* geroosterde paprika

* bergkaas of oude kaas

Vermeng het zout met bloem. Roer water en olie door de bloem en kneed ongeveer 10 minuten tot soepel deeg. Laat 30 minuten rusten. 

Verwarm de oven op 250 graden. Rol een vijfde van het  deeg uit tot dunne lap. Leg op bakplaat en bestrijk met crème fraiche maar laat rand van drie centimeter vrij. Beleg met ui, paprika en geraspte bergkaas. Bak 10-12 minuten in oven tot de Flammküchen beetje kleur heeft. 

Ook lekker om daarna nog dungesneden plakjes spek er op te leggen of gewoon een beetje rucola voor een fris groen accent. 

Germknödel met maanzaad

Bij deze Karien: na de kaiserschmarren van vorig jaar nu opnieuw een Oostenrijkse  specialiteit: knödel. Na een dag op de piste in veel verse sneeuw die zich dan al snel tot hopen en kuilen vormt die hier moguls genoemd worden en mogulskien is dan wel een olympische sport waarbij je knieën al pijn doen als je er naar kijkt maar voor mij betekenen die hopen sneeuw voor dat ik alle kanten op ga, de ene keer de goede en de andere keer met de neus in de sneeuw.

Wel heerlijk al die sneeuw. De bomen onder de sneeuw zien er prachtig uit en een sneeuwballengevecht met de meiden  is altijd leuk.

Na zo'n dag  heeft iedereen enorme trek dus als nagerecht maakte ik knödels gevuld met pruimenmooes dat hier powidl heet. Daarover maanzaad met suiker en boter. Ik kreeg de handen niet echt op elkaar al at de reclameman zijn bordje leeg  met de woorden dat het lekkerder was dan hij vroeger dacht toen hij dat gebak met omgekeerde asbak zag maar nog niet wist dat het maanzaad was.

Voor wie het een keer wil proberen, doen want wel grappig om die bolletjes deeg te vullen met moes en dan te pocheren. 

Ingrediënten:

250 gram bloem

1 eetl suiker

Snuf zout

12 gram verse gist

120 ml melk

1 ei

1 eidooier

4 eetl gesmolten boter

Pruimenmoes of andere jam

Poedersuiker gemend met grof gemalen maanzaad

Boter of vanillesaus

Los de gist op in warme melk. Vermeng dit met 4 eetlepels bloem, 1 eetl suiker, snuf zout en roer goed door. Bestrooi met bloem en laat op warme plaats verdubbelen. Roer daarna de gesmolten boter, het ei en eidooier en de rest van de bloem en kneed snel tot glad deeg. Laat op warme plaats 30-40 min rijzen. Maak hiervan deeglapjes en leg daar lepel moes op. Maak de randjes nat met water en vouw naar elkaar toe tot een bolletje. Leg weg op bebloemde ondergrond. Breng een grote pan water met beetje zout aan de kook. Laat hier de knödels in zakken, breng het water weer aan de kook en zet daarna zachter. Laat 10 minuten afgedekt zachtjes koken , draai ze daarna om en laat nog 4-5 minuten koken. Haal de knödels er uit met schuimspaan. Prik ze paar keer in met prikker, begiet met boter of vanillesaus en bestrooi met maanzaadsuikermengsel. Serveer direct! 

Bron: internet natuurlijk: www.ichkoche.at

Kaiserschmarren

Bovenop de Zugspitze was de lucht stralend blauw en de pistes glad en snel.
D

De hele dag voorop ziitten, bergski optillen, omhoog komen, tikken,  naar het dal ' gutemorgen' zeggen en lekker hard de berg afroetsjen.  En beneden gekomen weer de stoeltjeslift in naar boven. En de belangrijke keuzes van de dag worden bepaald door de kleur rood, blauw, zwart en het menu van het bergrestaurant. Om 12 uur zat de reclameman op 2600 meter in het zonnetje achter een curryworst en een Weizer.

In het huisje mocht ik me uitleven op het dessert van de dag dat achterop het pak bloem stond: Kaiserschmarren. In stukken gescheurde eierpannenkoeken. Heel Oostenrijks en lekker.

Wat staat er;

Week 100 gram rozijnen in warm water. Roer 300 gram bloem met 40 gram suiker en een snuf zout door elkaar. Scheid 4 eieren. Doe de dooiers op het bloemmengsel. Roer met halve liter melk tot glad beslag. Giet de rozijnen Af en roer door beslag. Klop de eiwitten stijf tot het pieken trekt. Vouw het eiwit voorzichtig door het beslag. Verwarm een koekepan op middelhoog vuur. Smelt een klontje boter. Schep de helft van het beslag in de pan. Keer de pannenkoek als deze bruin is aan de onderkant maar nog niet helemaal droog aan bovenkamt. 

Bak nog even tot andere kant licht bruin is. Scheur de pannenkoek met twee lepels aan stukken.

Baknog een minuutje tot de stukjes goed warm zijn en serveer direct met poedersuiker en appelmoes of bessencompote.

citroen-maanzaad cake

 Morgen krijgen we sneeuw. Zelfs ik sta niet meer te springen nu ik 15 graden op mijn huid heb gevoeld, nu ik de krokussen zie bloeien en de struiken zie uitlopen. Even naar de Oostenrijkfoto kijken om mezelf te herinneren hoe heerlijk ik sneeuw vind.  Vooral in die hoeveelheden als je lekker een piste af suist. Een week per jaar leven in je skipak en de dag laten bepalen door de keus voor welke piste en hoe we de skischoenen droog en warm kunnen houden. Straks haal ik de snowboots maar weer van boven, morgen mag het kacheltje weer aan.
In Oostenrijk waren wij wellicht één van de weinige Nederlanders die juist voor ze vertrekken boodschappen gingen doen. Ik kocht bijzonder meel, rare pasta en een paar flessen witte Riesling waar de reclameman graag nog een extra doosje van had meegenomen. Helaas,  maar ik nam wel geriebener Mohn mee. Dat is toch ook leuk. Het gebruik van maanzaad in taart en brood is in Oostenrijk heel gewoon, Oost-Europa is vlakbij. Het meeste gebak met maanzaad is intens zonder zoet te zijn. Niet voor iedereens smaak. Op internet vond ik dit recept voor citroencake met maanzaad. Lekker friszoet. Niet de mooiste cake ter wereld, maar het meer-meer geroep vraagt om een herhaling.

Ingrediënten
cake
* 125 gram zachte boter
* 200 gram fijne suiker
* 2 eieren
* citroenrasp
* 200 gram bloem gezeefd
* 1 theelepl bakpoeder
* 4 eetlepels melk
* 50 gram maanzaad geplet

siroop
* sap van 1 citroen
* 75 gram suiker

Verwarm de oven op 160 graden voor hetelucht of 180 als je gasoven hebt. Vet een vorm in. (ik had een ronde vorm van 28 cm of rechthoekig 20*25 cm.)
Roer boter zacht met suiker met mixer tot het een creme is. Voeg daarna één voor één de eieren toe. Voeg de citroenrasp toe. Roer het bakpoeder door de bloem. Zeef dit boven het botersuikereiermengsel en roer door.  Voeg melk toe en voeg als laatste de maanzaadjes toe. Verdeel het beslag over de vorm en zet 40-45 minuten in de oven tot een satehprikker er schoon uitkomt.

Roer ondertussen de overige suiker door het citroensap. Prik met de satehprikker meer gaatjes in de cake en verdeel het suikercitroenmengsel over de nog warme cake.