vrijdag 28 november 2025

Pasta con ceci neri

 

Vlakbij de Ponte Vecchio in Bassano del Grappa zit een delicatessenwinkel die niet alleen op toeristen is gericht. Middenin de winkel staan grote zakken met vele soorten gedroogde peulvruchten. Na een leuk gesprekje met het echtpaar dat deze winkel runt kocht ik ceci neri. Voor mij was het de eerste keer dat ik deze zwarte kikkererwten in Italië tegenkwam. De vrouw vertelde gelijk wat ik ermee kon doen en op basis van de foto die ze liet zien maakte ik deze pasta. Het was een goede tip.
Het recept vergt wel wat planning want de ceci neri moeten minimaal 48 uur weken.
 

Ingrediënten voor 1 persoon (een avondmaaltijd en een lunchhapje)
65 gram ceci neri
100 gram pasta (ik koos mijn oude favoriet Sedanini rigati n. 53 van Barilla)
1 rode ui
1 stengel bleekselderij
1 grote winterwortel
Rozemarijn
Olijfolie
1 theelepel tomatenpuree (doppio concentrato)

Bereiding
Week de ceci neri minimaal 48 uur in 8x de hoeveelheid water. Ververs halverwege het water.
Kook de ceci neri gaar in 20 minuten in een snelkookpan. Laat ze goed uitlekken en bewaar ze afhankelijk van je planning een dagje in de koelkast.
Snipper de ui en snijd de bleekselderij en wortel in kleine blokjes.
Verwarm de olijfolie in een braadpan en voeg de ui toe. Na 1-2 minuten de bleekselderij en wortel toevoegen. Voeg zout toe en laat de groente even 2 minuten aanbakken. Daarna op zacht vuur en met een deksel op de pan laten sudderen totdat de wortel gaar is.
Voeg na 15 minuten een theelepel tomatenpuree toe en laat ook de gekookte ceci neri en een beetje rozemarijn even mee sudderen met de groentes.
Kook ondertussen de pasta gaar.
Voeg de pasta toe aan de groentes.
Serveer met een extra scheut lekkere olijfolie en een beetje Parmezaanse kaas.


zaterdag 15 november 2025

Pandoro

 


De Sint is gearriveerd en de eerste kerstboom is al gesignaleerd. De winkelstraten zijn feestelijk verlicht en de vraag ‘wat doe je met Kerst’ komt steeds vaker langs. Van schrik ben ik al vroeg met het oefenen van mijn traditionele kerstbaksels begonnen. Allereerst met de Pandoro want in het schattige plaatsje Bassano del Grappa vond ik een kleine pandorovorm. En dat is toch wat handiger dan mijn XXL vorm die ik lang geleden eens had meegenomen uit het land van Pandoro en Panettone.

Mijn vorm heeft een inhoud van 1250 ml. Ik kon van onderstaand recept twee keer een pandoro bakken. Het deeg voor de tweede keer had ik twee dagen bewaard in de koelkast.
Pandoro moet je bakken op een dag dat je veel thuis bent zodat je het tijdschema vrij goed kan volgen.

Ingrediënten

Voor de biga:
60 g Manitoba meel
5 g gedroogde gist
1 theelepel suiker
30 g water op kamertemperatuur

Voor het eerste deeg:
35 g suiker
65 g ei
120 g Manitoba meel

Voor het tweede deeg:
275 g Manitoba meel
120 g suiker
30 g eidooiers
160 g ei
15 g honing
180 g boter
2 eetlepels vanille-essence (of een vanillestokje uitschrapen)
De schil van 1 citroen

Bereiding
8.00 uur: de biga
Los de gist op in het water; voeg een theelepel suiker toe aan de bloem. Voeg een deel van de bloem, gemengd met de suiker, toe aan het water en de opgeloste gist en kneed. Voeg de rest van de bloem toe. Kneed het deeg tot een zachte, elastische bal. Leg het in een kom, afgedekt met huishoudfolie, en laat het anderhalf uur rijzen.

10.00 uur: het eerste deeg
Neem de biga, die in volume is verdubbeld, en doe deze in een kom van een mixer met een haak erin. 
Voeg de helft van de eieren, de bloem en de suiker toe en begin te kneden. Voeg geleidelijk de resterende hoeveelheid eieren toe.
Laat de mixer ongeveer 15 minuten draaien. Het resultaat moet een glad en elastisch deeg zijn. Laat dit vervolgens 2 uur rijzen in een kom met huishoudfolie.

12.30-13.00 uur: het tweede deeg
Voeg nu de suiker, bloem, eidooiers, honing, vanille en de citroenschil toe aan het eerste deeg. Laat de mixer zeker 5 minuten draaien zodat alles zich goed mengt.
Zodra het deeg de eieren goed heeft opgenomen, begin je met het toevoegen van de boter, in kleine stukjes gesneden, terwijl de mixer draait. Voeg de boter beetje bij beetje toe; als je ziet dat het een beetje is opgenomen, voeg je nog wat toe. Doe dit niet te snel, het mixen van de boter kan wel 20 minuten duren. Laat de mixer nog 10-15 minuten draaien nadat het deeg alle boter heeft opgenomen. Het deeg komt langzaam van de zijkanten los en wordt glad en elastisch.
Haal het deeg uit de kom en vouw het nog een paar keer totdat het een mooie glanzende bal is.
Beboter de pandorovorm en leg het deeg erin met de gladde kant naar beneden en dek de vorm af met huishoudfolie. Laat de folie losjes bovenop liggen, want de pandoro zal rijzen en moet bovenaan ruimte hebben.
Laat het deeg 3 uur in de vorm rijzen. Het deeg moet tot aan de rand van de vorm komen.

16.30-17.00 uur: bakken
Bak de pandoro in een voorverwarmde oven op 150° gedurende ongeveer 35/40 minuten.
Laat de pandoro na het bakken goed afkoelen op een rooster. Bestrooi daarna de pandoro met wat poedersuiker.

Bron: https://blog.giallozafferano.it